null Toezicht en opsporing

Toezicht en opsporing

  • Rechtswetenschappen
  • RB4002
  • 5 EC
  • Vanaf € 384


Inhoud

In de afgelopen decennia is de wijze van handhaving in het publieke domein drastisch gewijzigd. Er zijn nieuwe handhavingsmodaliteiten ontstaan (denk aan de bestuurlijke boete en de strafbeschikking) en mede daardoor is het onderscheid tussen de strafrechtelijke handhaving en bestuursrechtelijke handhaving vervaagd. De minor Handhaving in het publieke domein beoogt studenten een overzicht te bieden in de verschillende vormen van handhaving. Dat wordt gedaan vanuit een intern rechtsvergelijkend perspectief en vanuit het overkoepelende ‘EVRM-perspectief’. De cursus Toezicht en opsporing maakt onderdeel uit van deze minor.

In deze cursus zullen de verschillende begrippen zoals die in het bestuursrecht (toezicht) en strafrecht (opsporing) worden gebruikt centraal staan. Verder komen in die cursus de bevoegdheden die aan de verschillende actoren toekomen en waarborgen voor de (verdachte) burger bij de uitoefening van die bevoegdheden aan de orde. Met andere woorden: wie mag wat binnen welk rechtsgebied?
In theorie is het onderscheid tussen toezicht en opsporing eenvoudig. In de praktijk blijkt dat (bestuurlijk) toezicht en (strafrechtelijke) opsporing vaak in elkaars verlengde liggen. Bovendien worden beide bevoegdheden vaak door een en dezelfde ambtenaar uitgeoefend. Er kan sprake zijn van zogeheten sfeerovergang of sfeercumulatie waarbij het toezicht overgaat in of samenvalt met de opsporing. Op beide aspecten zal in deze cursus nader worden ingegaan.

Leerdoelen
De student is na afronding van deze cursus in staat om:
- de verschillen tussen bestuurlijk toezicht en strafrechtelijke opsporing uit te leggen (kennis en inzicht);
- de verschillende actoren te benoemen en te herkennen en weet welke bevoegdheid bij welke actor hoort en met welke waarborgen voor de burger de uitoefening van die bevoegdheden gepaard gaan (kennis en inzicht);
- de opgedane kennis en het verworven inzicht toe te passen op een concrete casus (toepassing van kennis en inzicht);
- de verschillen en overeenkomsten tussen de beide rechtsgebieden te duiden vanuit nationaalrechtelijk perspectief (interne rechtsvergelijking, kennis en inzicht, toepassing van kennis en inzicht); en
- in groepsverband te rapporteren en te discussiëren over de relevante rechtsvragen (communicatie).

Aanmelden

Aanmelden is mogelijk voor iedereen.

Toelichting aanmelden

Deze cursus start 18 november 2024. We adviseren om uiterlijk zondag 3 november 2024 hiervoor aan te melden zodat je tijdig het eventuele cursusmateriaal ontvangt, toegang hebt tot de leeromgeving en (indien van toepassing) ingedeeld kunt worden in een studiegroep. Bij aanmelding na 3 november 2024 kunnen we dit niet garanderen. Aanmelden is mogelijk tot en met 17 november 2024.

De cursus wordt per academisch jaar eenmaal aangeboden.
De cursus is onderdeel van de interne minor Handhaving in het publieke domein en kan tevens gevolgd worden als losse keuzecursus binnen de externe minor.

De cursus Toezicht en opsporing zal binnen de minor als eerste cursus worden aangeboden; daarna volgen de cursussen Sanctieoplegging in het publieke domein en Handhaving in het perspectief van het EVRM. Het is de bedoeling dat studenten deze volgorde aanhouden; dat betekent dat het deelnemen aan deze cursus voorafgaat aan deelname aan de beide andere cursussen.

Voorkennis

Kennis van het formele en materiële strafrecht op het niveau van de bachelor (de OU-cursussen Formeel strafrecht en Materieel strafrecht of daarmee vergelijkbare cursussen elders) en kennis van het bestuursrecht op bachelorniveau (OU-cursussen Bestuursrecht I en II of daarmee vergelijkbare cursussen elders).

Begeleidingsvorm

Online bijeenkomsten in het eerste kwartiel.

Tentamenvorm

Digitaal groepstentamen met meerkeuzevragen en open vragen.

Tentamentoelichting

Je dient je zélf tijdig aan te melden voor een tentamen.

Tentamendata

03-02-2025 14:00, 22-04-2025 19:00, 25-08-2025 14:00.

Cursusmateriaal

Het cursusmateriaal voor deze cursus bestaat uit:
- het tekstboek Bröring/De Graaf (red.), Bestuursrecht 1, Den Haag: Boom juridisch (laatste druk);
- de reader die ten behoeve van deze cursus is samengesteld;
- de teksten en andere informatie die op cursussite zijn geplaatst;
- de op de cursussite vermelde rechtspraak en literatuur die niet in de reader is opgenomen, en
- hetgeen besproken wordt tijdens de virtuele klassen.

Digitale leeromgeving

Als student (na inschrijven) kun je via de cursussite in de digitale leeromgeving naar de discussiegroepen. Hier kun je met medestudenten en begeleider informatie uitwisselen en discussiëren over de leerstof.