Cognitie en kunstmatige intelligentie

Deze cursus bevat een introductie en meer geavanceerde verdieping in de cognitiewetenschap, een onderwerp dat vooralsnog vrijwel volledig ontbreekt in het curriculum. Waar andere cursussen na Inleiding in de psychologie steeds specialistischer worden, is het doel van deze cursus om de kennis van studenten juist te verbreden naar wetenschapsgebieden die aansluiten bij de psychologie, zoals kunstmatige intelligentie. In deze cursus maak je kennis met verschillende theoretische perspectieven en cognitieve modellen die (vaak impliciet) ten grondslag liggen aan het huidige mensbeeld in de psychologie, zoals connectionisme, klassieke en moderne robotica, dynamische systeemtheorie, belichaamde cognitie en predictive coding, om vervolgens een breed scala aan kritische discussies te initiëren, en hierdoor de sterke en zwakkere punten van elke benadering te expliciteren. Ook is er aandacht voor de meer praktische implicaties en toepassingen die voortkomen uit dit transdisciplinaire wetenschapsgebied, zoals mens-A.I.-interactie en de effecten die dat heeft op menselijk gedrag. Het overstijgende doel van deze cursus is om jouw kennis te verbreden naar relevante vakgebieden binnen de cognitiewetenschappen en ook het kritisch denkvermogen en de theoretische ontwikkeling te bevorderen.

Leerdoelen (invullen indien van toepassing)
Nadat je deze cursus hebt doorlopen:
˗ ben je in staat om uit te leggen hoe de computational theory of mind gerelateerd is aan Turing-architectuur, Language of thought, en symbolische representaties
˗ kun je in hoofdlijnen uitleggen hoe connectionistische netwerkmodellen functioneren en kun je de verschillen duiden tussen seriële Turing-machines en parallel-/gedistribueerde modellen
˗ ben je in staat om het verschil uit te leggen tussen het klassieke sandwich (input-cognitie-output) model en horizontaal modulaire modellen van perceptie-actie
˗ kun je de basisprincipes uitleggen van perceptuele controle theorie (PCT)
˗ ben je in staat om de basisprincipes van Gibsons ecologische waarnemingstheorie te duiden, en kun je globale verschillen aangeven tussen deze benadering en die van de PCT
˗ kun je de verschillen uitleggen tussen klassieke top-down robotica en subsumptie architectuur en deze twee benaderingen relateren aan de architectuur van de menselijke geest
˗ ben je in staat om de basisbegrippen uit de dynamische systeemtheorie en belichaamde cognitie uit te leggen en kun je uitleggen hoe deze theorieën verschillen van de computational theory of mind
˗ kun je uitleggen hoe Andy Clarks ideeën over de extended mind kunnen worden toegepast om de werking van cognitieve technologie beter te begrijpen
˗ kun je de belangrijkste thema’s binnen het veld mens-computerinteractie uitleggen, voorbeelden noemen van praktische toepassingen die relevant zijn voor de psychologie en casestudies vanuit verschillende theoretische perspectieven beschouwen
˗ ben je in staat om in grote lijnen de theorie van predictive coding uit te leggen en kun je specificeren hoe deze theorie verbonden kan worden aan belichaamde cognitie.