Dubbelinterview_Hediger-Enders_head_large.jpg

'Bij Freud lag de hond ook al in de behandelkamer'

Een hond die in een hoek van de behandelkamer ligt. Geiten en cavia’s voeren op de zorgboerderij. Dieren kunnen therapie voor mensen met psychische problemen positief beïnvloeden. Marie-José Enders, emeritus bijzonder hoogleraar Antrozoölogie, maakte van de interactie tussen mens en dier een wetenschapsveld om rekening mee te houden. De Zwitserse Karin Hediger gaat het verder uitdiepen.

Als kind sleepte Karin Hediger letterlijk alles met poten en vleugels mee naar huis. Niet dat ze thuis geen huisdieren had. 'Er waren cavia’s, konijnen, woestijnratten, honden.' Maar slakken, muisjes, kikkers en rupsen vond de hoogleraar Antrozoölogie minstens zo interessant. Haar oratie aan de Open Universiteit sloot ze af met een dankwoord aan haar ouders. 'Zij moedigden mijn passie voor en nieuwsgierigheid naar dieren aan. Daardoor begreep ik al op jonge leeftijd dat dieren het contact tussen mensen makkelijker maken.'

Later, tijdens dit dubbelinterview met haar voorganger Marie-José Enders, vertelt ze: 'Kinderen vonden het leuk om bij ons te spelen. Toen de oorlogen in voormalig Joegoslavië uitbraken, kwamen vluchtelingen bij ons in de klas. Ik kon niet met ze praten; we spraken niet dezelfde taal. Maar door de dieren kregen we toch een band. We speelden met de muisjes. Een van de kinderen stopte, per ongeluk, een van de mannetjes in het terrarium van de meisjes. Daar kwamen we uren later achter. Ik geloof dat we eindigden met iets van vijfendertig babymuisjes.'
Enders zet grote ogen op: 'Haha, nou, bij ons thuis was het heel anders! Ik mocht geen huisdieren. Pas toen ik het huis uit ging om te trouwen, nam ik katten en honden.'

Psychotherapeutisch centrum vol dieren

Marie-José Enders en Karin Hediger zijn beiden pleitbezorgers van dierondersteunde therapie. Voor de duidelijkheid, benadrukt Enders: 'Dieren kunnen natuurlijk géén therapie geven. Ze zijn ondersteunend in een professionele behandeling.' De Open Universiteit benoemde Enders in 2013 tot de eerste bijzonder hoogleraar Antrozoölogie - de wetenschap die de relatie tussen mens en dier bestudeert - van Europa. In 2020 nam Hediger het stokje over; de afscheidsrede en oratie volgden door corona in september 2022.

Enders noemt Hediger 'een van de beste wetenschappers van dit moment op dit terrein'. Ze studeerde psychologie aan de Universiteit van Zürich en promoveerde in het Duitse Rostock op een onderzoek naar stressreductie bij onzekere kinderen door het contact met honden. De Swiss National Science Association schonk Hediger een miljoen euro om aan de Universiteit van Bazel onderzoek te doen naar therapie met dieren. In een psychotherapeutisch en revalidatiecentrum voor dierondersteunde therapie brengt ze als directeur wetenschap, onderwijs en praktijk bij elkaar.

Jaloers

'Het is er prachtig!' vindt Enders, die het centrum uiteraard bezocht. Met veertig huis- en boerderijdieren lijkt het net een boerderij. Maar schijn bedriegt. Patiënten worden er met hun rolstoel of bed naar binnen gereden voor therapiesessies. 'Daar ben ik heel jaloers op. In Nederland bestaat zoiets nog niet. Al hebben we inmiddels wel andere dingen goed geregeld. Zo zijn er kwaliteitseisen voor therapeuten die met dieren werken. Én welzijnsprotocollen voor de inzet van paarden, honden en andere dieren. Dat was in de tijd dat ik bijzonder hoogleraar werd heel anders.'

Terug naar dat moment. De eerste jaren stuitte je op veel scepsis met je onderzoek

Enders: 'Ja, antrozoölogie was een exotisch onderzoeksveld. En onbekend maakt onbemind. Dat was niet altijd leuk. Journalisten, maar ook collega-wetenschappers, deden lacherig over mijn onderzoek. Dat motiveerde mij om door te gaan. De stichting AAIZOO (Animal Assisted Interventions in Zorg, Onderzoek en Onderwijs, red.) richtte de leerstoel op. En aan de Open Universiteit kon ik van scratch af beginnen. Daar ben ik erg dankbaar voor. De titel hielp me om gezag op te bouwen. Het is gek: als je bijzonder hoogleraar bent, is het ineens allemaal wél waar wat je zegt.'

Je promoveerde op onderzoek naar de relatie tussen ouderen en huisdieren. Hoe kwam je op dat onderwerp?

Enders: 'In mijn woonplaats Ammerzoden deed ik veel vrijwilligerswerk; ik richtte een dierenasiel op voor zwerfhonden. Ouderen kwamen er aan de poort huilend hun hond afgeven als ze naar het bejaardenhuis gingen. Dat verdriet van die mensen… Ik dacht: Die band moet je toch niet kapotmaken! Het brengt mensen zo veel. Het was later de trigger om aan de Universiteit Utrecht onderzoek te doen naar die precieze relatie tussen mens en dier, en het effect daarvan op onze gezondheid en ons welzijn.'

Marie-José Enders en Karin Hediger met kwispelende hond in de Franse Rococo-tuin van kasteel Terworm, met de oranjerie op de achtergrond.

Liep de wetenschap achter bij de klinische praktijk?

'Absoluut', zegt Hediger. 'Het inzetten van dieren in therapie kent een lange traditie in de klinische psychologie en psychiatrie. In België stonden in de negende eeuw al zorgboerderijen voor patiënten met geestelijke gezondheidsproblemen. In een New Yorks ziekenhuis lieten therapeuten de soldaten die getraumatiseerd terugkeerden van de Tweede Wereldoorlog voor honden zorgen. Ook Freud had zijn hond Jofi altíjd bij zich in de behandelkamer. Hij noteerde 'een kalmerend effect.'
Enders: 'Veel therapeuten volgden zijn voorbeeld, ik ook. Er werd alleen niet openlijk over gesproken. De pioniers in dierondersteunde therapie konden niet terugvallen op onderzoek. Er waren geen protocollen of kwaliteitseisen. Op het welzijn van dieren werd al helemaal niet gelet.'

Welke hamvraag wilde jij als wetenschapper beantwoorden?

Enders: 'Dat waren er drie: kan therapie met dieren patiënten en therapeuten écht helpen? Hebben huisdieren een positieve invloed op het welzijn van mensen? Welke psychologische mechanismen zitten erachter?'

En?

Enders: 'We ontdekten dat mens en dier een gehechtheidsrelatie kunnen opbouwen, dat mensen zich daardoor lekker voelen. Een hond maakt sociaal contact gemakkelijker, stimuleert om te bewegen. Maar wat nou zo bijzonder was: we zagen lichamelijke effecten, zoals minder stress en een lagere hartslag en bloeddruk. Verder toonden we aan dat therapie met dieren effectief kan zijn bij autisme, dementie, depressie, een posttraumatische stressstoornis en het syndroom van Down.'

Je hebt zelf een hond, wat doet dat met jou?

Enders: 'Sam was een enorme troost nadat mijn man dit jaar overleed. Als hij zijn kop op mijn schoot legt en me aankijkt, kom ik tot rust. Dan voel ik me ook minder alleen. Keerzijde is dat ik nu al denk: O jee, die gaat er straks ook aan. Gelukkig is er een puppy op komst.'

Na je afscheidsrede werd je benoemd tot officier in de Orde van Oranje-Nassau. Geeft dat voldoening?

Enders: 'Ja, toch wel. Het is waardering voor mijn onderzoek vanuit de maatschappij. Ik ben er trots op dat ik de interactie tussen mens en dier als wetenschapsgebied onder de aandacht heb kunnen brengen. En dat Karin hier nu naast me zit. Het is aan haar om het onderzoek vanuit de leerstoel verder uit te diepen.'
Hediger: 'We weten dat dierondersteunde therapie werkt, maar hoe en voor wie precies, daarover zijn nog veel open vragen.'

Wat zijn jouw ervaringen in Bazel?

Hediger: 'In Bazel zien we veel kinderen en jongeren met psychische problemen die niks meer willen en het helemaal hebben gehad met de traditionele jeugdhulp. Onze therapeuten proberen in een andere setting met ze over emoties te praten, op een manier die minder confronterend is. Bijvoorbeeld op het moment dat ze samen onze dieren voeren en verzorgen. Zo behandelde ik een door familiegeweld getraumatiseerde jongen. Hij weigerde te praten over alles wat moeilijk was. In ons centrum mocht hij een geit voeren die best wel angstig is. Samen spraken we over de emoties van de geit. Over hoe angst voelt en hoe wij ervoor zouden kunnen zorgen dat het dier minder bang werd. Plotseling begon de jongen over zichzelf te praten. Dat was geweldig! Hij stelde zich helemaal open, en terwijl we over het dier spraken, ontdekten we hoe híj zichzelf veiliger kon voelen.'

In onderzoek beschrijf je ook resultaten bij mensen met een minimaal bewustzijn

Hediger: 'Mensen met zware hersenbeschadiging bereiken we niet op cognitief niveau, maar wel door ze aan te spreken op hun emotionele basisbehoeften. Een van die basisbehoeften van de mens is een ander wezen voeden of verzorgen. Een cavia voeren kost weinig kracht. In ons onderzoek zien we dat de hersenactiviteit toeneemt als mensen met zwaar hersenletsel dat doen. Ze raken alert en gemotiveerd.'
Enders: 'Motivatie is ook een belangrijk effect bij andere patiënten. Een dier zorgt ervoor dat mensen hun therapie trouw volgen.'
Hediger: 'Patiënten veranderen van hulpbehoevende in hulpverlenende. Dat geeft zelfvertrouwen.'

De hond rent naar de fotograaf, met uitgestoken tong en oren die alle kanten op gaan.

Als je van dieren houdt tenminste

Hediger: 'Het werkt zeker niet voor iedereen. Dat is ook een van de vragen die ik wil beantwoorden: hoe zit het op individueel niveau? Welke eigenschappen van mensen maken therapie met dieren effectief? We weten dat ouderen er gevoeliger voor zijn. Een andere vraag: moet het dier onderdeel zijn van de therapie of is de aanwezigheid, zoals bij Freud, genoeg?'

Hoe zit het met de dieren zelf, welke zijn het meest geschikt?

Hediger: 'Die vraag krijg ik vaak. Het eerlijke antwoord: we weten het niet. Onderzoek toont aan dat ogen, vacht, grootte en oren van een dier voor een groot deel bepalen hoe we naar ze kijken. Er zijn ook mensen die zich meer aangetrokken voelen tot reptielen of insecten waarmee minder of geen interactie mogelijk is.'

Spinnen?

Hediger: 'Spinnen gebruiken we wél om mensen van een spinfobie af te helpen. Steeds vaker met behulp van Augmented Reality Therapie. Dat is de virtuele vorm van blootstellingstherapie.'

Je sloot je oratie af met de vraag: kunnen we het effect van dieren nabootsen in therapieën zónder dieren. Is dat waar je naartoe wilt?

Hediger: 'Dat vind ik persoonlijk de meest interessante vraag. Als therapeut ben ik veel beter geworden in het lezen van lichaamstaal sinds ik met dieren werk. Als we beter begrijpen wat er gebeurt in dierondersteunde therapie, kunnen we die kennis gebruiken om reguliere therapie te verbeteren. Zo focus ik zelf in reguliere therapie meer op het hier en nu, los van wat ik weet over een patiënt. Ook verander ik van setting, weg van die bank of de bedrand. Ik ga met patiënten in de natuur wandelen of onder een boom zitten. Het helpt om elkaar te bereiken.'
Enders: 'Waar het om gaat is: mensen zijn te zeer gefocust op praten, praten, praten. Maar wat we echt nodig hebben, is voelen en ervaren.'

Portretfoto Karin Hediger met citaat: Het inzetten van dieren in therapie kent een lange traditie in de klinische psychologie en psychiatrie

Over Marie-José Enders

Prof. dr. Marie-José Enders (1945) was van 2013 tot 2020 hoogleraar Antrozoölogie aan de Open Universiteit. Enders is GZ psycholoog en studeerde klinische psychologie aan de Universiteit Utrecht, waar ze in 2000 promoveerde op onderzoek naar de invloed van huisdieren op ouderen. Daarnaast is ze president van de IAHAIO (International Association of Human-Animal Interaction Organizations); adviseur van de Stichting AAIZOO (Animal Assisted Interventions in Zorg, Onderzoek en Onderwijs) en voorzitter van het Instituut voor Antrozoölogie (IVA). Als vrijwilliger richtte ze onder meer de Stichting Dierentehuis Bommelerwaard op. Ook was ze voorzitter van Dierenbescherming Nederland.

Over Karin Hediger

Prof. dr. Karin Hediger (1984) is sinds 2020 bijzonder hoogleraar Antrozoölogie, dierondersteunde therapie in klinische psychologie. Hediger leidt aan de Universiteit van Bazel, Zwitserland, onderzoek naar de band tussen mens en dier en de effecten van dierondersteunde therapie. Daarnaast werkt ze als psychotherapeut bij het centrum voor psychotherapie bij de Universiteit van Bazel en is ze directeur van een centrum voor dierondersteunde therapie. Ze studeerde klinische psychologie en psychotherapie aan de Universiteit van Zürich en promoveerde summa cum laude aan de Duitse Universiteit van Rostock op onderzoek naar stressreductie bij onzekere kinderen door contact met honden.

Lees meer artikelen

Tekst: Ingrid Beckers
Fotografie: Laurent Stevens