Beter begrip geschiedenis door onderzoek naar koloniale museumcollecties
Universitair docent cultuurgeschiedenis aan de Open Universiteit Caroline Drieënhuizen houdt zich al sinds 2007 bezig met onderzoek naar koloniale collecties. In 2012 schreef ze er haar proefschrift over. Destijds was ze nog een van de weinigen, maar tegenwoordig staat het onderwerp in Europa en de Verenigde Staten volop in de belangstelling. Musea stellen zich steeds vaker de vraag in hoeverre het rechtmatig en rechtvaardig is om objecten te beheren die afkomstig zijn uit koloniaal verworven bezit en landen, ook Nederland, ontwikkelen beleid op dit onderwerp.
Herkomstgeschiedenis
Voorafgaand aan het huidige Nederlandse restitutiebeleid, rees de vraag of herkomstonderzoek naar koloniaal erfgoed überhaupt iets zou opleveren. 'Daarvoor initieerden diverse organisaties het Pilotproject Provenance Research on Objects of the Colonial Era (PPROCE), dat in maart 2022 werd afgerond en waarvoor ik herkomstonderzoek heb gedaan', vertelt Drieënhuizen. Na de succesvolle afronding volgden meer projecten waarin herkomstonderzoek centraal stond.
De cultuurwetenschapper gaat nu bijvoorbeeld met een aantal partners verder onderzoek doen naar de aanwezigheid van Balinees cultureel erfgoed in Nederlandse musea en naar de betekenis van de aan- of afwezigheid van specifieke objecten op Bali. Dat gebeurt met financiële steun van de Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek (NWO).
'Het onderzoek gaat een jaar duren. Dan moet onder meer duidelijk zijn welke Balinese voorwerpen zich in Nederlandse museumcollecties bevinden, in welke musea dat is en wat de herkomst van de objecten is.' Doel van het project is om kennisuitwisseling en samenwerking te bevorderen tussen Nederlandse en Indonesische onderzoekers en musea.
Herstel van onrecht
Het Wereldmuseum vroeg Drieënhuizen eind 2023 ook om de herkomst van Indonesische voorwerpen uit Bali uit de Rijkscollectie van het Wereldmuseum te onderzoeken. 'Het onderzoeksrapport hebben we overhandigd aan de twee jaar geleden ingestelde Commissie Koloniale Collecties. Deze commissie adviseert de minister over eventuele teruggave van voorwerpen die onterecht zijn meegenomen naar Nederland. Naar aanleiding van dit onderzoek zijn nu 284 objecten weer teruggebracht naar Indonesië. Allemaal zijn ze buitgemaakt tijdens militaire acties op Bali in 1906.'
Het gaat om krissen, zilveren en gouden gebruiksvoorwerpen, juwelen, textiel, schilderingen en deuren uit Zuid-Balinese paleizen en tempels. 'In september is een Indonesische delegatie naar Amsterdam gekomen. Met een handtekening is de overdracht bezegeld en zijn de spullen op het vliegtuig naar Jakarta gezet. Daar krijgen ze een plek in het Nationaal Museum. Het Nederlandse ministerie van Cultuur heeft aangegeven dat de voorwerpen van culturele betekenis zijn voor Indonesië. Dat ze nu zijn teruggegeven, wordt breed gezien als herstel van onrecht.'