Ward_Wijndelts_head_large.jpg

'Mijn carrièreswitch begon met een bliksemschicht'


Soms moet er iets veranderen. In je eigen leven én in de wereld. Dat vindt Ward Wijndelts uit Badhoevedorp althans. Hij genoot van een succesvolle carrière als hoofdredacteur van Vrij Nederland, maar tijdens de studie Milieu-natuurwetenschappen besloot hij zijn baan op te zeggen en iets anders te gaan doen. Wat dan?

'Ik voelde dat ik iets moest doen'

'Mijn carrièreswitch begon met een bliksemschicht,' steekt Ward van wal. 'En die bliksemschicht was een rapport van het IPCC, de klimaatorganisatie van de Verenigde Naties. Ik las het in augustus 2021, tijdens een vakantie op een natuurcamping in Zuid-Frankrijk. De publicatie bewees keihard het verband tussen menselijke activiteiten en klimaatverandering. Bovendien markeerde ze de overgang van klimaatverandering is een gevaar naar klimaatverandering is een feit. Het rapport maakte me droevig, maar gaf me ook energie. Want hoe klein mijn impact ook zou zijn, ik voelde dat ik iets moest doen.'

Helaas was er één probleem: eigenlijk begreep Ward het rapport helemaal niet. 'Ik had een enorme kennisachterstand,' bekent hij. 'In mijn acht jaar als hoofdredacteur van Vrij Nederland heb ik journalisten regelmatig artikelen over milieuproblemen laten schrijven, maar toch vond ik het moeilijk om de wetenschappelijke bevindingen écht te duiden. Ik wist dat ik mezelf daar meer in wilde verdiepen … maar met een fulltimebaan, een gezin en een sociaal leven zat een voltijdopleiding er natuurlijk niet in. Tijdens een mooie boswandeling wees een vriend me gelukkig op de Open Universiteit.'

Onder de indruk van nieuwe kennis

Ward begon gewoon. Vrijblijvend. Puur als experiment volgde hij de vakken Aarde, mens en milieu 1 en Aarde, mens en milieu 2. Het eerste ging over het systeem aarde; het tweede over de invloed van de mens daarop. Hij raakte zo onder de indruk van de nieuwe kennis en de nieuwe inzichten en de nieuwe termen waarmee hij kennismaakte, dat hij daarna niet meer kon stoppen. Inmiddels is hij bijna klaar met de bachelor Milieu-natuurwetenschappen - gericht op het analyseren en oplossen van milieuproblemen - en twijfelt hij over een eventuele vervolgmaster.

De nieuwe passie van Ward is moeilijk te missen. In een gesprek van een uur weidt hij losjes uit over ecomodernisme en consuminderen, verwijst hij naar klimaatfilms als Don’t Look Up en milieuboeken als Silent Spring, legt hij ongevraagd het verschil uit tussen een korte koolstofkringloop en een lange koolstofkringloop, uit hij kritiek op de milieuplannen in het hoofdlijnenakkoord, blikt hij vooruit op een klimaatmars op de Zuidas, én prijst hij het belang van de Maas en de Geul. De kennisachterstand waarmee zijn avontuur begon, lijkt inmiddels dus verleden tijd.

Discipline

'Aanvankelijk was ik onzeker,' vertelt Ward eerlijk. 'In een ver verleden studeerde ik Nederlands aan de Universiteit van Amsterdam, dus ik zag mezelf als een echte alfa. Bij aanvang van deze opleiding vreesde ik daarom dat ik scheikunde belachelijk saai zou vinden, dat ik natuurkunde nooit zou begrijpen en dat ik geen wiskundeknobbel maar een wiskundedeuk zou hebben. Na een tijdje merkte ik echter dat die bèta-kant ook gewoon te doen is, als je de juiste motivatie weet te vinden. Zo leerde de studie me stiekem ook iets over mezelf.'

Het kernwoord daarbij was discipline. Vroeger was Ward misschien een student die hield van wachten, uitstellen, treuzelen en dan plotseling vlammen … maar deze keer begon hij op tijd met leren, hield hij de stof netjes bij en maakte hij planningen voor het doornemen van de wetenschappelijke literatuur. Ward vond het online-onderwijs daarbij echt een uitkomst, omdat hij hierdoor zelf kon bepalen wanneer hij met het lesmateriaal aan de slag ging. Heel concreet: als de rest van zijn gezin Netflix ging kijken, dan kroop hij de zolder op om te studeren.

'En nu wil ik aan de slag!' besluit Ward. 'Ik heb mijn baan opgezegd en mijn studie bijna afgerond, dus nu wil ik de handen uit de mouwen steken. Misschien bij een niet-gouvernementele organisatie, of bij een overheid. Misschien opnieuw in de media, of in het bedrijfsleven. Daar ben ik nog niet over uit. Maar ik wil mijn creativiteit kwijt kunnen, mijn betrokkenheid tonen en de kennis die ik bij de Open Universiteit heb opgedaan gebruiken. Want er moeten dingen veranderen … en ik weet dat ik iets kan doen.'

Wat is jouw wens voor de jubilerende Open Universiteit?

'Mijn wens is dat de Open Universiteit erin blijft slagen om het intrinsieke verlangen naar kennis en ontwikkeling bij de mens te blijven foerageren. De Open Universiteit is het instituut bij uitstek dat zich aanpast aan de grillige paden die we in het leven bewandelen, want into each life some rain must fall. Ik gun de Open Universiteit om zonneschijn te brengen in de levens die daarnaar verlangen, als leverancier van eruditie, beschaving en mentale flexibiliteit.'